De Nobelprijs voor de Economie gaat dit jaar naar de Britse econoom Oliver Hart en de Finse econoom Bengt Holmström. De twee krijgen voor hun bijdrage aan de zogenoemde contracttheorie, waarin wordt bestudeerd hoe contracten worden opgesteld.
De prestigieuze prijs gaat bijna altijd naar een Amerikaan. Dat dat ditmaal niet zo is, is dus een relatief zeldzame afwisseling. Vooraf werd Amerikaan Paul Romer, de nieuwe hoofdeconoom van de Wereldbank, al getipt als kanshebber voor de prijs.
De prijs heeft dit jaar wel weer een Amerikaans tintje. Hart en Holmström werken beide voor de gerenommeerde universiteit MIT, in Boston.
De Nobelprijs voor de Economie is een vreemde eend in de bijt, omdat de prijs niet in het leven is geroepen door Alfred Nobel zelf. De prijs werd in 1968 in het leven geroepen door de Zweedse centrale bank.
Vorige week werden de meeste andere Nobelprijzen al bekendgemaakt. Donderdag volgt de laatste prijs van dit jaar; de Nobelprijs voor de Literatuur.